×

Recordhoge mestprijzen drijven kosten veehouders op

Woensdag 09 oktober 2024
Terug naar overzicht
Deel dit artikel
Nederlandse melkvee- en varkensbedrijven hebben de kosten voor de afzet van de mest van de dieren de afgelopen maanden fors zien oplopen. De wekelijkse mestnoteringen die marktbureau DCA Market Intelligence al 14 jaar samenstelt, zijn de laatste weken opgeklommen tot recordhoogte. Hierdoor betalen varkensbedrijven alleen al dit jaar gemiddeld 70 tot 75% meer om de drijfmest kwijt te raken dan gemiddeld in 2022. De mestafzetkosten van melkveebedrijven zijn in deze periode ruim verdubbeld (+101%) in vergelijking met het gemiddelde van 2022.
 
DCA Market Intelligence voorziet als Price Reporting Agency (PRA) de food- en agribusiness van onafhankelijke benchmark prijzen, marktdata en marktinformatie. DCA noteert, als enige in Nederland, al vanaf het jaar 2010 de zogeheten ophaalbijdragen van mest van koeien, varkens en kippen. Dit zijn de bedragen die een veehouder moet betalen aan een afnemer om de mest van zijn bedrijf af te voeren. De ontvangers van de varkens- en rundveedrijfmest zijn onder meer akkerbouwbedrijven, bedrijven met een biogasinstallatie voor vergisting, verwerkers en exporteurs. Voor een varkens- en melkveehouders lopen de kosten hiervoor sinds de zomer van 2023 flink op.
 
Zo komt de DCA-ophaalbijdrage voor een bedrijf met vleesvarkens dit jaar tot week 40 uit op gemiddeld €32,99 per kuub mest. Ter vergelijking: de gemiddelde ophaalbijdrage over 2022 is €19,13 per kuub. Voor rundveedrijfmest komt de DCA-ophaalbijdrage dit jaar tot week 40 uit op gemiddeld €30,55, tegen €13,07 per kuub over 2022. Voor een varkens- en melkveebedrijf met een gemiddelde bedrijfsomvang in Nederland (circa 2.200 vleesvarkens en circa 100 melkkoeien) zonder mestplaatsingsruimte betekent dit een totale kostenpost die kan dit jaar oplopen naar ruim €70.000 tot €80.000 per jaar. Voor veel melkveebedrijven valt dit bedrag in de praktijk wel stukken lager uit, doordat zij drijfmest kunnen aanwenden op eigen of gepacht grasland.
 
Aangepaste mestregels
Door de aangepaste Europese mestregels (de derogatie wordt afgebouwd) is de mestplaatsingsruimte dit jaar kleiner dan vorig jaar, doordat de stikstofnorm op grasland is verlaagd en de zogeheten bufferstroken op percelen zijn vergroot. De overvloedige neerslag van het afgelopen voorjaar heeft de druk op de mestmarkt verhoogd, doordat minder mest op het gras- of akkerland kon worden aangewend dan normaal. Deze achterstand is slechts gedeeltelijk ingelopen.
 
Daarbij worden de mestregels waarschijnlijk volgend jaar nog verder aangescherpt, wat de plaatsingsruimte nog krapper maakt. In een debat in de Tweede Kamer gaf NSC-Kamerlid Harm Holman aan dat veehouders vanaf 2025 jaarlijks 600.000 vrachtwagens mest niet kwijt kunnen. Gerekend met een inhoud van 35 kuub per vrachtwagen en een gemiddelde mestprijs van €31,67 per kuub voor vleesvarkens- en rundveedrijfmest in dit jaar, praat je dan over mest met een waarde van ruim €665 miljoen.
 
Statistisch gezien lopen DCA-noteringen van varkens- en rundveedrijfmest altijd iets op in het najaar als het uitrijdseizoen voorbij is. Daardoor kunnen de ophaalbijdragen eventueel nog verder stijgen. Gelet op het bijzonder verloop van de notering dit jaar, durft DCA Market Intelligence geen concrete verwachting uit te spreken.
 
DCA Market Intelligence heeft ook noteringen voor kippenmest. De afzetkosten van kippenmest zijn de laatste jaren juist gedaald, met DCA-noteringen van €4 tot €6,50 per kuub in week 40 van dit jaar. Dit komt onder meer door de specifieke samenstelling van kippenmest en het feit dat de pluimveesector veel mest omzet in hernieuwbare energie of verwerkt tot onder meer mestkorrels.

Meer weten over DCA Market Intelligence? Bezoek dan dcamarketintelligence.com